Kan het wat sneller?

Kan het wat sneller?

Let op: de onderstaande tekst is een column, geen (nieuws)artikel.

Een gepensioneerd stel zit in een Lochems restaurant te genieten van een vijfgangenmenu. Of nou ja, echt genieten kun je het niet noemen. Het lijkt alsof de twee voor het donker thuis willen zijn. Ze dirigeren de ober alsof het hun persoonlijke butler is. En dat terwijl hij zich zichtbaar in het zweet werkt die avond. Waarom ze, met zo'n haast, voor vijf gangen hebben gekozen is mij volstrekt onduidelijk.

Samen met een collega is de ober in kwestie verantwoordelijk voor zo'n vijftien tafels. Aan al die tafels zitten mensen die een nieuw drankje, een nieuwe gang of een extra servet willen. En dan het liefst allemaal zo snel mogelijk. Aan onze tafel heeft de ober al meermaals zijn excuses aangeboden voor de vertraging, want er is een personeelstekort. Op social media heeft de zaak al verzocht om te reserveren, zodat ze helder hebben hoeveel mensen er die avond komen. Het echtpaar heeft niet gereserveerd, maar toch waren ze van harte welkom. 

Normaliter moet iedereen, wat mij betreft, voor zich weten of hij of zijn de ober commandeert wat sneller te werken. Maar in deze tijden van grote personeelstekorten mag er wel eens wat meer respect zijn voor het horecapersoneel. Wanneer ze de hele avond al moeten rennen en vliegen, kunnen ze er geen zeurende pensionado's bij hebben. Even een paar minuten langer wachten op het tweede wijntje overleven we allemaal wel. Alhoewel… in de gemeente Lochem wonen relatief veel alcoholisten die boven middelbare leeftijd zijn las ik laatst. Misschien dat deze man daar toebehoort. 

"Voor de huidige prijzen mogen jullie wel wat harder werken", weet de man ook nog eens uit te kramen. Hij insinueert hiermee dat de horeca meer verdient door de hoge prijzen. Wat natuurlijk de grootste kolder is, maar dat valt de man niet aan het verstand te brengen. Hij is de pandemie, waarin alle horeca op slot zat, overduidelijk alweer vergeten. Kan gebeuren. We vergeten allemaal wel eens wat. Opvallend: alle jongeren, onder de dertig, in het restaurant hebben overduidelijk begrip voor de lastige situatie waarin de medewerkers zitten. Dit komt waarschijnlijk omdat ze zelf in de horeca hebben gewerkt als bijbaan, of dat ze horecamedewerkers in hun vriendengroep hebben. 

De pensionado's eindigen hun avond door hun ober streng te commanderen de baas van het restaurant er even bij te roepen, omdat ze een klacht in willen dienen. De man, die een vol dienblad afwas vast heeft, doet de mededeling dat hij de baas is. En dat de klacht genoteerd staat. 

Reageren? Mail de redactie via [email protected].
Op deze publicatie rust copyright.