Referenties
Joop Hekkelman.

Referenties

Let op: de onderstaande tekst is een column, geen (nieuws)artikel.

Ik ben halverwege een boek dat is geschreven door een oud-plaatsgenoot. De man beschrijft zijn eigen levenswandel. Pagina’s vol bij elkaar gelogen verhalen glijden door mijn vingers. Als iemand zijn eigen leugenachtigheid beschrijft moet je al bij voorbaat argwanend zijn over het waarheidsgehalte van zijn verhaal. De auteur is de enige die alle feiten kent, er is veel niet verifieerbaar. De man drong door tot de financiële top van het Nederlandse bedrijfsleven, dat is zeker, maar niemand kende zijn criminele verleden met veroordelingen en detentie. 

Soms krijg je een product aangeboden waarvan de werking zo absurd perfect lijkt dat je het meteen wilt aanschaffen. Een poetsmiddel, een ruitenwisser of een koekenpan, we kennen dergelijk aanbod allemaal wel. Vaak valt het tegen. Dat kan worden voorkomen door even wat langer na te denken. Stel jezelf een vraag: waarom ligt dit product niet in de schappen van Blokker, Gamma of Praxis? Vraag je daar naar dan is het antwoord steevast dat het om een exclusief aanbod gaat. Dat klopt meestal, want na korte tijd praat niemand er meer over en zit jij met een waardeloos product dat bij het restafval kan.

"Hoe vaak trekken we nog referenties na?"

Met mensen gaat het soms ook op die manier. Iemand wordt met veel bombarie geïntroduceerd in een gezelschap en er wordt euforisch gesproken over de capaciteiten van de persoon in kwestie. Men refereert aan geweldige resultaten, directeurschappen, bedrijven, het netwerk waarin iemand verkeert of de cum laude afronding van een studie. Er zijn omstanders die daarvan ter plekke onder de indruk raken. Ik heb mijzelf aangeleerd eerst enige terughoudendheid te betrachten. Van wie komt al die informatie eigenlijk? De rolverdeling tussen boodschapper en uitverkorene is niet altijd helder. De opwinding in kalmte beschouwen kan dan verdraaid veel informatie opleveren.  

Al lezende in het boek bedacht ik dat we een labbekakkerig land zijn geworden. Hoe vaak trekken we nog referenties na? Vinden we dat ouderwets of is gemakzucht ons de baas geworden. We zijn snel geneigd iemand te geloven op zijn mooie ogen en gelikte praatjes. Later rapen we de scherven op. 

In de tweede helft van het boek komt aan de orde hoe de man zijn Waterloo vond. Mensen belazeren werd core-bussiness. Ergens noteert hij dat zijn verhaal is opgeschreven voor zijn kinderen. Hij trekt het boetekleed aan, hoe geloofwaardig is dat. Ik wens ze een scheutje  wantrouwen toe voor het moment van hun conclusie.

Reageren? Mail de redactie via [email protected].
Op deze publicatie rust copyright.